Zoek de fouten (Nederlands)

Um zu sagen ob etwas nah oder weit(er) weg ist, hat man die sogenannten Demonstrativpronomen: deze, die, dit, dat.

Für Substantive mit dem Artikel “de”, benutzt man “deze” und “die”: deze man (nah), die man (weiter weg).
Für Substantive mit dem Artikel “het”, benutzt man “dit” und “dat”: dit kind (nah), dat kind (weiter weg).

Also, “deze herinnering” und “die herinnering” sind beide richtig (weil: de herinnering).

1 „Gefällt mir“

Dazu dieses geniale Tafelbild, original aus Ralfs Unterricht: :nerd_face::wink:

4 „Gefällt mir“

Ja, als ik in Hannover of Aken woonde, dan zou ik ook naar de cursussen van Alexandra of Ralf gaan. :slight_smile:

4 „Gefällt mir“

Mooie conjunctief, Andrea :wink: (en bedankt voor het compliment!)

2 „Gefällt mir“

Een nieuwe zin, ontdek de fouten (het zijn er vier):

Nijmegen is in oost-Nederland en ongever 10 procent van de inwooners is student.

Succes :slight_smile:

4 „Gefällt mir“

Mijn poging:
Nijmegen is in Oost-Nederland en ongeveer 10 procent van de inwoners zijn studenten.

3 „Gefällt mir“

Ja Jutta, genauso würde ich den Satz auch schreiben. :grinning:

1 „Gefällt mir“

Oost-Nederlands

Ik denk dat Oost-Nederland zonder “s” juist is. ---- Ik ben in Nederland geboren. Ik was in Nederland op vakantie. :thinking:

1 „Gefällt mir“

Nijmegen is in Oost-Nederlands en ongeveer tien procent van de inwoners is student.

Hm, ik denk dat „student is“ ook werkt, als ik de tekst goed begrijp.

1 „Gefällt mir“

http://woordenlijst.org/#/?q=Oost-Nederlands

1 „Gefällt mir“

Ik heb nog een keer in het internet gekeken en heb twee voorbeelden gevonden:

https://www.rijkswaterstaat.nl/over-ons/onze-organisatie/organisatiestructuur/oost-nederland/index.aspx

Mmh, wat is nu juist?? Met of zonder „s“

1 „Gefällt mir“

Ein paar Fehler habt ihr gefunden, aber noch nicht alle:

Ein Fehler ist noch da und wurde noch nicht genannt.

Nach „Prozent“ folgt im Niederländischen ein Verb im Singular: „50% is/ziet/woont“ usw.

1 „Gefällt mir“

Misschien …

Nijmegen ligt

2 „Gefällt mir“

Ja, goed gevonden, Andrea :slight_smile:

1 „Gefällt mir“

Kan iemand een nieuwe zin schrijven, alsjeblieft? :smiley:

Roddelen, bobsleeën, Langlaufen, schaatsen, alleen ook curlen en ski-lopen zijn Olympische sportsoorten.

2 „Gefällt mir“

Ik denk dat langlaufen met een klein “l” geschreven wordt en Skilaufen is in het Nederlands skiën

2 „Gefällt mir“

Roddelen, bobsleeën, Langlaufen, schaatsen, alleen ook curlen en ski-lopen zijn Olympische sportsoorten.

„alleen ook“; Hm, dat snap ik niet. Moeilijk, Elsa. Hm, …

Misschien:
Rodelen, bobsleeën, langlaufen, schaatsen, curlen en skiën zijn allemaal Olympische sporten.

2 „Gefällt mir“

Misschien zo (met hulp van Andreas zin) ?

Niet alleen rodelen, bobsleeën, langlaufen en schaatsen, maar ook curlen en skiën zijn allemaal olympische sporten.

3 „Gefällt mir“