Toen ik 13 of 14 was, kwamen Jos en zijn Indonesische vriendin samen met tante Ans op bezoek. Dat was heel tof.
Jos’ vriendin had een vriendelijk en zonnig karakter. Ook hebben wij Indonesich gekookt.
Natuurlijk brachten ze de ingrediënten uit Nederland mee.
Satésaus, kroepoeks en alles wat je nodig hebt om een goede Indonesische maaltijd te bereiden.
Dat was gewoon geweldig. We kookten allemaal samen en hadden veel plezier.
Het is inderdaad erg handig om vrienden te zijn met Nederlanders.
(Oké, mijn vader, die uit Pommeren kwam, was ook echt handig.)
Eén keer brachten onze Nederlandse vrienden een verjaardagskalender mee en legde ons uit dat de Nederlanders nooit een verjaardag vergeten, omdat ze de verjaardagskalender aan de binnenkant van de toiletdeur hebben hangen.
Dus we waren waarschijnlijk de enige Duitse familie die ook een verjaardagskalender op de wc-deur hadden hangen.
Als ik dit nu zo schrijf, zou ik weer zo’n verjaardagskalender willen hebben.
Volgens mij, Andrea, moet je nog het volgende wijzigen: kroepoeks moet zijn: kroepoek op de wc-deur moet zijn: aan de wc-deur
Het is inderdaad erg handig om vrienden te zijn met Nederlanders. moet zijn:
Het is inderdaad erg handig om bevriend te zijn met Nederlanders.
Dat is de vraag Jan. In het westen (IJmuiden) zeggen we inderdaad dat een schilderij aan de muur hangt, maar bij deuren is dat soms anders. Daar is het heel gewoon dat een kalender (of wat dan ook) ‚op‘ de deur hangt. Let wel, is wel spreektaal.
Ik heb even nagekeken of het een Friesisme van mij zou zijn; in Friesland zeggen we ook ‘op de doar’. Maar nee, mijn ouders, die nog in IJmuiden wonen, zeggen het ook. Ik kan mij echter heel goed indenken dat het misschien raar klinkt en dat elders over ‘aan de deur’ gesproken wordt.
Ik heb je tekst ook nog even doorgelezen en de correcties overzichtelijk gevisualiseerd.
Ook heb ik nog wat andere dingen aangepast. In je tekst bedoel je volgens mij “het gezin” (=Eltern+Kinder) niet “de familie” (=die ganze Familie, inkl. Oma, Opa, Neffen, Nichten, Cousinen, usw.)
Das verstehe ich nicht. So hört es sich für mich an, dass es praktisch war, dass mein Vater aus Pommern kam.
Aber wieso soll es praktisch sein, dass mein Vater aus Pommern kam und nicht aus Schlesien?
Ich meinte, dass mein Vater praktisch war. (also er war handwerklich begabt, hatte Ideen, wie man etwas verbessern kann, …)
Meine Korrektur bzgl. deines Vaters wurde von dem Kontext deines Textes beeinflusst. In der Zeile davor hattest du geschrieben:
[quote=„ralf, post:116, topic:981“]
Het is inderdaad erg handig om bevriend te zijn met Nederlanders / om Nederlandse vrienden te hebben.[/quote]
Deshalb war meine Folgerung, dass du die gleiche Aussage über deinen Vater machen wolltest. Ich hatte nicht erwartet, dass du schreiben wolltest, dass dein Vater handwerklich begabt ist. Aber wenn du es so meinst, ist dein Satz komplett richtig:
Waar komt de uitdrukking " de benjamin zijn" vandaan?
Het jongste kind wordt vaak “benjamin” genoemd, zelfs in gezinnen die minder bekend zijn met de Bijbel.
Benjamin was de jongste zoon was van aartsvader Jakob. Zijn moeder Rachel,die bij de geboorte stierf, had hem eigenlijk Ben-Oni (= zoon van mijn ongeluk) willen noemen. Maar Jakob was koppig en veranderde de naam van zijn twaalfde en laatste zoon in Ben-Jamin (= zoon van mijn geluk).
Jakob was bijzonder gehecht aan deze jongste zoon. Dus is Benjamin ook tegenwoordig nog steeds het pleegkind in gezinnen.
Het verhaal is hier te lezen: (Genesis 35, 17 en 18)
Je hebt hier te maken met de eigennaam ‚Benjamin‘, die je dus met een hoofdletter schrijft, en ‚de benjamin‘ die wij kennen uit de uitdrukking ‚de benjamin zijn‘.
In de tweede zin kun je er vanuitgaan dat men ‚de benjamin‘ bedoelt, omdat er wordt verwezen naar de betekenis: het jongste kind.
Een ‚pleegkind‘ is een aangenomen of in een gezin opgenomen kind. Nu kan dat ook het jongste kind zijn en dan zou jouw zin wel kloppen, maar in deze context zou ik gewoon ‚het jongste kind‘ schrijven.
Hoe zou jij de naam in de laatste zin schrijven: Benjamin of ‚de benjamin‘?