ruhig (DE) - rustig (NL) - rüstig (DE) - kras (NL)
Ik heb ook al een idee voor een nieuwe valse vriend.
ruhig (DE) - rustig (NL) - rüstig (DE) - kras (NL)
Ik heb ook al een idee voor een nieuwe valse vriend.
, Jutta.
Da bin ich aber gespannt, @JuttaS.
Vielleicht auch etwas für euch @Suz, @Birgit und @Juergen-1?
steigeren (NL) - steigern (DE)
bäumen (D) = steigeren (NL) - steigern (DE) = toenemen (NL)
Nachträglich geändert von @jan: bäumen wird: steigen
Hoi Jan,
Ik ken het woord “bäumen” niet.
(es heißt “sich aufbäumen”)
In het Duits we zeggen ook: “Das Pferd steigt.” (Infinitiv: steigen)
das Pferd = het paard
Bedoel je dat?
Hoi Andrea,
Ja, dat bedoelde ik. Maar kan aufbäumen ook?
Ik maak er steigen van.
Ik denk dat @Jan aan de beurt is.
Is dat oké, @Andrea1?
[details=Sprachtipp für Jutta][quote=“JuttaS, post:231, topic:955”]
Ik denk dat @Jan aan de beurt is.
[/quote][/details]
Mijn beurt dus
de tafel (NL) - die Tafel (D)
Mag ik ook een keer? Ik probeer het hiermee:
die Anforderung (D) = de eis (NL) - das Eis (D) = het ijs (NL)
Das ist superrichtig, Verena.
Kleine Info: Dieses Spiel ist als Domino gedacht, das heißt:
Der Anfang von Jan (mit „tafel“ - „Tafel“) müsste daher zuerst gelöst werden
Ah ja, nu zie ik ook. Da was ik te snel, heb niet zorgvuldig gelezen.
Dus:
die Tafel (D) - het bord (N)
Noch nicht ganz, Verena.
Es geht eher in diese Richtung:
der T… (D) = de tafel (NL) - die Tafel (D) = de r… (NL)
Magst du die Antworte ergänzen?
En nu mag ik een neiuw woord bedenken?[quote=“ralf, post:235, topic:955”]
Hallo,
der erste Spieler legt einen Dominostein “bellen - bellen”.
Der nächste Spieler legt die Bedeutungen an die jeweiligen Enden , wie z. B.
blaffen bellen - bellen anrufen, klingeln.
Wer zuerst gelegt hat, darf sich den nächsten Stein legen.
[/quote]
Ik denk, dat de laatste een nieeuw woord zal bedenken ??
Könnte es sein, Verena, dass du hier zwei Spiele verwechselst?
Dieses Spiel hier ist “falsche Freunde Domino”, nicht “Unterschiedliche Artikel”.
Das heißt, du müsstest diese Aufgabe lösen und ganz links und rechts die Lösung (=entsprechende Übersetzung) ausfüllen:
der T… (D) = de tafel (NL) - die Tafel (D) = de r… (NL)
der Tisch (D ) - de tafel - die Tafel (D) - de reep (NL)
Maar: het bord (N) betekend toch ook Tafel (D), die in de school aan de wand hangt?
En wie mag nu een nieuw woord bedenken?
Da hast du recht, Verena: “die Tafel” bedeutet nicht nur “de reep” sondern auch “het bord” (und es gibt noch einige Übersetzungen).
[details=Sprachtipp für Verena][quote=“VerenaE, post:240, topic:955”]
Maar: het bord (N) betekend betekent toch ook “Tafel (D)”, (het bord) die dat in de op school aan de wand/ muur hangt?
[/quote]
[/details]
Jetzt darfst du mit einem neuen Wort weitermachen
[details=Sprachtipp für Verena][quote=“VerenaE, post:238, topic:955”]
Ik dacht dat de laatste persoon een nieuw woord mocht bedenken ??
[/quote][/details]
Ralf, bedankt voor de correctie. Ik weet wel dat het betekent met t (omdat het het presens is) en dat moet heten (omdat het ja het bord heet) maar als ik iets schrijf vergeet ik vaak de juiste spelling. Ik ben dan altijd ontstemd met mijn fouten.
Nu hier mijn woord:
de mond (NL) - der Mond (D)