der Kompromiss - het compromis
3 „Gefällt mir“
het medicijn = die Medizin
2 „Gefällt mir“
het hert - der Hirsch
de krokodil - das Krokodil
1 „Gefällt mir“
de grijns = das Grinsen 
2 „Gefällt mir“
Ik had ook glimlach kunnen zeggen, maar ik was nog niet echt wakker. 
2 „Gefällt mir“
Ja, dat zou hier goed passen, beste Hans. 
de glimlach = das Lächeln
2 „Gefällt mir“
Dank je wel, Ludo.
het kanon = die Kanone
het waterkanon = die Wasserkanone
het oproer - der Aufruhr, die Rebellion
Persönlich würde ich eher „de oproer“ sagen, so finde ich es aber nicht im „Het groene boekje“ (=offizielles Wörterbuch). Aber schon in der Zeitung und anderswo. Interessant…
4 „Gefällt mir“
Ik moet zeggen dat ik geschokt was toen ik het in de van Dale opzocht. Ik kende het echt alleen maar als een de woord. Heb ik er dan altijd overheen gelezen? Het AD is wel al jaren onze krant 
. Misschien kan ik een emotionele schadevergoeding aanvragen.
4 „Gefällt mir“
En ik dacht altijd dat het een brouwerij in Utrecht is. 
Sprachtipp für Ralf:
het oproer - der Aufrur, die Rebellion
der Aufruhr
2 „Gefällt mir“
de bagage = das Gepäck
3 „Gefällt mir“
het (keuken)schort = die (Küchen)schürze
3 „Gefällt mir“
het gezichtsbedrog = die optische Täuschung
het bedrog = der Betrug, der Schwindel
2 „Gefällt mir“
Het accent 
= 
der Akzent
2 „Gefällt mir“
Het gezelschap. - die Gesellschaft
Het onderwijs - der Unterricht
3 „Gefällt mir“
Kurze Anmerkung:
Alle Wörter, die im Deutschen auf „schaft“ enden , bekommen den Artikel „die“.
die Gesellschaft, die Freundschaft usw.
Aber nicht alle Wörter, die im Niederländischen auf „schap“ enden, sind het-Wörter.
het gezelschap, de vriendschap, … Also aufpassen.
3 „Gefällt mir“
het kanaal = der Kanal
Bijvoorbeeld:
het tv-kanaal = der Fernsehkanal
3 „Gefällt mir“
de wet = das Gesetz
Bijvoorbeeld:
de grondwet = das Grundgesetz, die Verfassung
3 „Gefällt mir“
het schuim - der Schaum
4 „Gefällt mir“
Heb je daar ook een voorbeeld bij, Verena?