Hallo Gabi.
Genau so ist das, ich finde es gut.
Ich wundere mich immer warum das ‚Sächseln‘ so unbeliebt ist, auch hier in den Nordwesten.
Ich finde es ein sexy Dialect. Saubör.
Ich mag z. B. das Rheinisches/Kölsches Dialect nicht so gerne.
Hier spricht man viele Plattdeutsch Dialecten, einer der schwierigsten davon ist Saterfriesisch.
Das versteht kein Mensch.
Mijn schaap moet geschoren worden.
Breng ik mijn te scheren schaap naar de schaapscheerder?
Bij de schaapscheerder heb ik nog schandalig hoge schulden.
Daarom schrap ik een nieuw bezoek met mijn schaap aan die schaapscheerder.
Ik scheer mijn schaap zelf, met scheerschort, scheerschuim en scheermachine.
Maar zodra ik mijn schaap begin te scheren, kijkt het scheel.
Haar linkeroog schuift schots, en haar rechteroog schuift scheef.
Ik word tijdens het scheren van mijn schaap zo zeeziek als een schuchtere schooljuf op een scheef schip.
Ik schiet uit met mijn scheermachine in het schaap.
Mijn schaap schokt en schopt en schreeuwt zich schor door de scheerschrammen.
Daarna schiet het schaap schuw en schichtig de schuur uit.
Morgen stuur ik mijn schele schaap naar de schapenschool.
Op die schapenschool leert mijn schaap om schoenen te dragen, zich schoon te schminken, en niet meer scheel te kijken.
Want een schaap dat scheel kijkt op de schapenschool, wordt geschorst.