Het Oefenhoekje van Franzing

Ich möchte hier in regelmäßigen größeren Abständen kleine Texte einstellen.
Hier mein erster Text:

Deutsch
Der Tollensesee
In Mecklenburg gibt es viele Seen. Der Tollensesee liegt südlich von Neubrandenburg. Er ist 10 km lang und etwa 2 km breit. Im Sommer kann man herrlich im See baden. Am westlichen und am östlichen Ufer sind herrliche Buchenwälder. Im Frühling blühen hier viele Buschwindröschen. Um den See führt ein schöner Radweg.

Nederlands
Het Tollensemeer
In Mecklenburg zijn veel meren. Het Tollensemeer (in het Duits: der Tollensesee) ligt ten zuiden van Neubrandenburg. Het is 10 km lang en ongeveer 2 km breed. In de zomer kun je lekker in dit meer zwemmen. Aan de westzijde en aan de oostzijde zijn prachtige beukenbossen. In het voorjaar bloeien hier veel bosanemonen. Om het Tollensemeer leidt een mooi fietspad.

Die Übersetzung ist nicht immer wörtlich, aber ich hoffe, dass ich es sinngemäß übersetzt habe. Über Korrekturen würde ich mich sehr freuen.

5 „Gefällt mir“

WOW !!! Ik vind dat al heel goed! Ik ben al lang uit Nederland weg, dus aan alle anderen: mijn foutjes ook verbeteren…
Ik heb geen fouten gevonden. Ik stel hier alleen maar een variatie voor.

In M. zijn vele meren.

In de zomer kun je heerlijk in dat meer zwemmen

Aan de west- en oostzijde zijn mooie beukenbossen.

Rond om het meer is er een mooi fietspad.

Diese Übersetzung ist etwas wörtlicher. Ich habe einige Synonyme eingesetzt,die nach meinem Gefühl etwas umgangssprachlicher sind. Wie schon gesagt: keine Fehler !
Dirk

2 „Gefällt mir“

In Mecklenburg zijn er veel meren. / Er zijn veel meren in Mecklenburg.

Rondom (één woord) / Rond het meer loopt 1) een prachtig fietspad.

  1. Positiewerkwoorden: staan, liggen, zitten, hangen en lopen | Zichtbaar Nederlands
2 „Gefällt mir“

Rondom (één woord) het meer loopt een prachtig fietspad. (zonder „er“)

2 „Gefällt mir“

Hartelijk bedankt voor jullie verbeteringen, beste Dirk en beste @Andrea1 :smile: :+1:

Ich schreibe jetzt auf Deutsch weiter, weil ich soviel Niederländisch noch nicht kann.
Ich sehe mir gerade Eure Vorschläge zu meinen Sätzen an.

veel meren / vele meren
Vielleicht sind hier beide Varianten möglich (je nach Betonung/Schwerpunkt)?
Veel oder vele

Hintergrund: Im Landkreis Mecklenburgische Seenplatte gibt es mehr als 800 (!) Seen,die mindestens ein Hektar groß sind und in ganz Mecklenburg/Vorpommern gibt es mehr als 2000 Seen!

lekker
Ich habe hier mit „herrlich … baden“ eigentlich nur eine entsprechende deutsche Variante von „lekker zwemmen“ gesucht, weil „lecker schwimmen / lecker baden“ auf Deutsch nicht geht. :wink:

Das kleine Wörtchen „er“ ist, weil (oder obwohl) es so vielseitig einsetzbar ist, immer noch verdammt schwierig für mich…

1 „Gefällt mir“

Ich war ein paar mal an der Müritz in Waren und Röbel. Und Kölpinsee, Fleesensee und Plauer See um mal ein paar zu nenen. Ganz viel Gegend, um es mal salopp zu sagen.

er: kijk maar eens hier:
https://zichtbaarnederlands.nl/zn/bijwoord-er.php

er

Ich habe es so gemacht und es hat mir ganz gut geholfen. Das Wörtchen er kann man oft durch da ersetzen. Das hilft meiner Meinung nach ganz gut.

In Mecklenburg, da gibt es viele Seen. Also wenn du das „da“ einsetzen kannst, dann kannst du „er“ einsetzen. So habe ich es gemacht und ich hatte dann deutlich weniger Fehler.
Wie denkst du darüber? Wat denk je ervan? dahinter - erachter

Hier ist noch ein Link:
Niederländisch Grammatik online lernen

2 „Gefällt mir“

Franzing:

veel meren / vele meren
Vielleicht sind hier beide Varianten möglich (je nach Betonung/Schwerpunkt)?
Veel oder vele

Hm, Ik zou hier ook “veel” schrijven en niet “vele”. (@alex, @ralf, @Ludo? )

2 „Gefällt mir“

veel meren

1 „Gefällt mir“

Gebruik gewoon “veel” want “vele” is veel te stijf/ouderwets, zou ik zeggen.

  • (Wel “velen” voor personen: veel mensen, waarvan velen op de fiets zijn gekomen…)
    :grinning:
2 „Gefällt mir“

De link Niederländisch Grammatik online lernen legt het vrij goed uit.
Door het verschil Er (lokaal) en Er (Platzhalter) lijkt het lastiger dan het praktisch is. :grinning:
Misschien overbodige hulpjes:

  • Hier en daar (niet eerder genoemde plaatsaanduidingen => nooit hier en er)
    Weerbericht: „Hier en daar een regenbui.“ De grapjassen zeggen dan: ja, ja, meer hier dan daar

  • Waar en daar
    Het antwoord op de vraag „Waar …?“ is „Daar“ (nooit Er)

PS
d’r is een afkorting van: „daar zonder nadruk,“ gelijkwaardig met „er“

Voorbeeld: Hou op! Ik wil dat niet niet meer horen!

  • Met nadruk:
    Daar (dáár) heb ik nu genoeg van.
    Bijvoorbeeld: Hou op! Ik wil dat niet niet meer horen!
  • Zonder nadruk:
    Nu heb ik d’r genoeg van. = Nu heb ik er genoeg van.

PS2
In de uitleg op bovengenoemde site staat een vreemde voorbeeldzin:
„Daar staat er een man voor de deur.“ Daar???

Ik zou zeggen: „Er staat een man voor de deur.“
In sommige gevallen, zoals bij een vragende zin, komt „er“ achter het werkwoord:
Staat er een man voor de deur?“ Een enkele keer staat er een man voor de deur."
:grinning:

3 „Gefällt mir“

dank je wel! :smile:

Der obige Link führt leider ins „Leere“. grammatiken.de
Vielleicht kannst du das oben noch ändern

Hoi Franzing,
Ik heb Andrea’s link nu volledig in de tekst opgenomen.
Tevens heb ik nog iets aan de tekst gewijzigd en een aanvulling toegevoegd (PS2.) :grinning:

Dank je wel voor de link en voor de uitgebreide beschrijving. :+1:

Zusammen mit den Links und Beschreibungen von @Andrea1 en @dobsondirk war das jetzt viel Lesestoff zum Durcharbeiten, aber ich denke, dass ich das jetzt begriffen habe.

Nochmals Danke an alle. :smile:

1 „Gefällt mir“

Graag gedaan. :slight_smile:

Over “er” gesproken: :wink:
Er zitten heel weinig vitamines in de chocolade, dus ik moet er veel van eten. Wat denk je ervan? :smiley:

Die Tatsache, dass Schokolade nur wenig Vitamine enthält und ich deshalb davon viel essen muss (um über die Menge den Vitaminbedarf zu decken) ist auch eine Art von Logik :rofl:

Aber hier geht es ja um das er

Das erste er
Er zitten heel weinig vitamines ist ein „Platzhalter-er“, weil vitamines hier ein unbestimmtes Subjekt ist und deshalb darf er (im Gegensatz zum lokalen er) auch am Anfang eines Satzes stehen.

Beim zweiten er bin ich nicht sicher. Sehe ich hier ein (getrennt geschriebenes) ervan?

dus ik moet er veel van eten.

Und das dritte er ist eine Kombination mit einer Präposition (in diesen Fall van)

So und jetzt sind alle Klarheiten beseitigt, denk ich. :open_mouth: