Bij het woord „zalig“ als in „een zalig kerstfeest“ viel me laatst nog eens op dat je dat tegenwoordig steeds minder hoort. Vaker hoor je nu de combinatie „prettige“ of „fijne“ kerstdagen. Een verandering in de taal die ook met de afgenomen kerkelijkheid te maken heeft. Het laat maar weer eens zien, hoe de (Nederlandse) taal met onze levensstijl meebeweegt.
En onze leefstijl moest zich dit jaar behoorlijk veranderen. Dat zie je dan ook weer aan geheel nieuwe en veelgebruikte woorden als anderhalvemetersamenleving (het Van Dale „Woord van het Jaar“), kuchscherm (scherm om je tegen het hoesten van anderen te beschermen), viruswappie (virusontkenner) en zelfquarantaine (in quarantaine gaan na besmetting).
Ik ben benieuwd welke nieuwe, hopelijk positieve woorden we in 2021 kunnen verwachten. Voorstellen en nieuwe ideeën kunnen hier op ons forum graag worden ingediend. In een nieuwe thread kunnen we ze gaan verzamelen, samen met woorden die we elders lezen en horen. De komende „stille, rustige“ dagen zal ik er alvast eens over gaan mijmeren. Voor nu neem ik ouderwets afscheid:
Een zalig kerstfeest allemaal!