Woordwissel - Wortwechsel

pas - pan

pan - ban (iemnand in de ban doen, uit de gemeenschap zetten)

ban - bal

bal - bas (zanger, contrabas of basgitaar)

bas - jas

jas - ras

ras - sla

sla - sap

sap - tas

tas - tak

tak - nat

nat - nut

nut - put

put - hut

hut - hun

hun - hen

1 „Gefällt mir“

hen - den (boom; zij is een slanke den, “zij heeft een slank figuur”)

den - dek

dek - lek

lek - eik