Wer, wen, wem und wessen

Hartelijk dank voor je uitgebreide uitleg, @ralf

Wat het onderwerp aangaat bij bijvoorbeeld ‘De man heeft geschreven’ is de vraagstelling ‘wie’ duidelijk. Of zoals ik heb geleerd: vervangen door ‘hij’. Onderwerp is ‘de man’ of in het Duits: Der Mann hat geschrieben.

Kan ik dit ook toepassen op Wer hat dir den Brief geschrieben? Vervangen door ‘hij’, dat wordt Er hat dir den Brief geschrieben. Er wordt dan wer.

Ik begin een overeenkomst te zien tussen wer, wem en wen en der, dem en den. Ik kan immers voor beide type zinnen dezelfde vragen stellen als ik het goed begrijp.

1e NV - der - er - wer - onderwerp
2e NV ist mir schon klar
3e NV - dem - ihm - wem - meewerkend VW
4e NV - den - ihn - wen - lijdend VW

3 „Gefällt mir“