đŸ‡łđŸ‡± Wat schiet jou te binnen bij.... ?

het verstoppertje

1 „GefĂ€llt mir“

Dit is een uitzondering, hier wordt altijd spelen achter gezet.
Zullen we verstoppertje spelen, of gaan we knikkeren?

Buitenspelen

2 „GefĂ€llt mir“

Wat ik zou willen toevoegen aan het woord “Kohl”:
==> Umgangssprache/ omgangstaal

  • Kohldampf haben => Hunger haben (“Mensch, habe ich einen Kohldampf
”)
  • Kohldampf schieben => den Hunger vor sich her schieben, d.h. (noch) nichts
    essen (" Ich habe jetzt drei Stunden Kohldampf geschoben; ich muss jetzt unbedingt etwas essen.")
1 „GefĂ€llt mir“

de jeugd (zonder mobiele telefoon)

1 „GefĂ€llt mir“

Het sportveld

de wedstrijd

1 „GefĂ€llt mir“

De winnaar

1 „GefĂ€llt mir“

De zege

1 „GefĂ€llt mir“

De beker :trophy:

2 „GefĂ€llt mir“

De tandenborstel

2 „GefĂ€llt mir“

De tandenfee

3 „GefĂ€llt mir“

de magische kracht

2 „GefĂ€llt mir“

De tovenaar

1 „GefĂ€llt mir“

de leerjongen (de leerling)

1 „GefĂ€llt mir“

De scholier

de examenvrees

1 „GefĂ€llt mir“

De kans van slagen

2 „GefĂ€llt mir“

het? zelfvertrouwen

Ja “Het” zelfvertrouwen.

Het zakken (voor een examen worden afgewezen)

de leerijver

1 „GefĂ€llt mir“